Het Beuninger Binnenveld en De Blankemate
Het is zondagmorgen 19 mei als we ons met 13 personen om 9.00 uur verzamelen bij het Jan Wesselinkhuis nabij het Beuninger Binnenveld. Dit prachtige heide, bos en jeneverbessen (woaghoalt) gebied is gelegen aan de noordzijde van het Lutterzand. Langs het natuurgebied stroomt aan de oostzijde de Puntbeek die onlangs is afgedamd, zodat het water kan meanderen door lagergelegen velden. Bij het Wesselinkhuis staat het op een informatiebord aangegeven. Nog voordat we vertrekken horen we de Wielewaal met zijn karakteristieke zang en in de verte roept de Koekoek. Het weer is prachtig, de temperatuur loopt op tot zo’n 24 graden C en de zon schijnt volop. De eerste gedachte is, als we aankomen bij het heideveld met woaghoalt en de stilte over ons heen valt, om hier neer te strijken en vandaag te blijven zitten. Maar er is een route uitgezet en we gaan op pad. Onderweg ruiken we een vreemde lucht en vinden een kadaver van een jong ree in het bos. De rode bosmier en zandloopkever kruisen ons pad, een hagedis schiet weg in het gras en de kleine vuurvlinder fladdert rond. Langs de kant staan muizenoortjes, een familie van de paardenbloem en ook gewone reigersbek. Maar speciaal is er aandacht voor de vogels. We horen en zien er velen, waarbij een prachtige Geelgors gezeten op een tak van een eikenboom de aandacht trekt. Ik noteer ze in willekeurige volgorde: Wielewaal, Koekoek, Boomleeuwerik, Geelgors, Groene Specht, Grote Lijster, Grote gele Kwikstaart, die al jaren een vaste plek heeft bij de stuw van de Puntbeek en waar ook een echtpaar knobbelzwaan met twee jongen zich parmantig over het water voortbewegen. ‘Zwemmen’ is hier niet het juiste woord. Verder zien en horen we de Pimpelmees, Boompieper, Boomkruiper, Zwartkop, Kuifmees, Gekraagde Roodstaart, Torenvalk, Buizerd en Roodborsttapuit. Het koffiedrinken (Toon) nadien was een genot met een whisky taart gebakken door Annemarie.
Bert Wolbert